Biologisch paspoort

Het biologisch paspoort (ABP) is een elektronisch document van een sporter waarin de resultaten van bloed- en urinecontroles gedurende een langere periode worden bijgehouden. Het biologisch paspoort is oorspronkelijk ontwikkeld door WADA in samenwerking met de Internationale Wielerunie (UCI) en de Internationale Schaatsunie (ISU). In 2009 heeft WADA besloten om gegevens uit het biologisch paspoort toe te laten als bewijs in dopingzaken. 

Welke gegevens worden er voor het biologisch paspoort gebruikt?

Voor het opzetten van een biologisch paspoort is het van belang om enkele keren per jaar bloed en/of urine af te nemen voor analyse, vooral tijdens de opbouwfase naar het seizoen en buiten het wedstrijdseizoen om. Samen met de gegevens van dopingcontroles tijdens of rondom wedstrijden geeft het paspoort een betrouwbaar beeld van de 'normale' bloedwaarden en hormoonhuishouding. Opmerkelijke uitschieters kunnen duiden op het gebruik van verboden prestatiebevorderende middelen of methoden, maar er kunnen ook natuurlijke oorzaken aan ten grondslag liggen. Daarom wordt er zeer voorzichtig omgesprongen met de interpretatie van deze gegevens.

Het biologisch paspoort bestaat uit drie verschillende modules. In elke module wordt gekeken naar verschillende parameters:

  • Hematologische module: verzamelt informatie over parameters die kunnen duiden op bloeddoping, bijvoorbeeld hematocriet en hemoglobine.
  • Steroïden module: verzamelt informatie over parameters die kunnen duiden op steroïden gebruik, bijvoorbeeld het lichaamseigen hormoon testosteron.
  • Endocriene module: verzamelt informatie over parameters die kunnen duiden op humaan groeihormoon gebruik, bijvoorbeeld insuline-achtige groeifactoren.

In urine wordt vooral gelet op ongewone schommelingen in afbraakproducten van lichaamseigen steroïden. Het anabole hormoon testosteron is het bekendste.

Wie informatie wil over de opslag en verwerking van de eigen paspoortgegevens, dient contact op te nemen met WADA. Deze gegevens zijn namelijk niet direct te raadplegen via het eigen ADAMS-account. Een verzoek kan eventueel ook via eigen Internationale Federatie of de Dopingautoriteit worden gedaan.  

Factoren die invloed uitoefenen op de parameters

De parameters die gemeten worden in het bloed en de urine kunnen onder andere worden beïnvloed door het geslacht van de sporter, etnische achtergrond, leeftijd, leef- en verblijfomstandigheden (bijvoorbeeld op hoogte) en het type sport dat wordt beoefend. Afwijkingen kunnen ook het gevolg zijn van bepaalde ziekten. Voor er een uitspraak wordt gedaan over mogelijk dopinggebruik, worden deze factoren zorgvuldig meegewogen door onafhankelijke experts.